Share This Article
Het enige – echt het enige – dat maandag goed ging, was dat het lukte me in te houden bij de Albert Heijn om twaalf Tony Chocolonely’s te kopen. Als het namelijk ooit een dag was om me vol te proppen met karamel zeezout was het maandag wel.
Dit was zo’n dag dat het bakje van de Senseo overstroomt. Dat je vest blijft haken aan de deurknop. Dat je net geen slagaderlijke bloeding hebt door het raspen van een komkommer. Een dag waarop je hond in de hondenpoep staat. Serieus. En de hele woonkamer en keuken doorloopt daarmee. Echt gebeurd. Allemaal.
Het einde der tijden
En dat alles kwam door één ding: ik had ruzie met mijn vriendje.
Als ik iets negatiefs of verdrietigs voel dan is dat het einde der tijden. Armageddon. Ik zou in bed willen blijven. Me volstoppen met chocola en Grey’s Anatomy bingewatchen. Het kan alleen niet. Want a) ik heb een baan en b) ik heb kinderen. Gelukkig maar. Het zou slecht met me aflopen. En zeker nu met het thuisonderwijs erbij krijg ik zo’n maandag de kans niet om te sippen.
Ons huisje is vol
Vol met Chromebooks met lesprogramma’s groep 6, iPads met online lessen van de brugklas. Met vriendjes die in en uitlopen of al in de tuin rondhangen tot mijn jongste ook eindelijk zijn rekenen af heeft. Vol met een puber waarvan de haren inmiddels over z’n ogen groeien – maar hij vindt dat ‘lekker’. Bomvol met diezelfde puber die er een sport van maakt zijn kamer binnen een kwartier weer om te toveren tot een zwijnenstal. Een man die terwijl ik zakelijk bel met de kinderen gaat stoeien (en we weten het hè moeders: het eindigt altijd slecht). Of het klinkt vol met een man die op de speaker de verzekering gaat bellen waardoor het hele huis mag meegenieten. En ook vol met een puberhond die na een vervelend ziekbed haar oortjes in de dierenkliniek heeft achtergelaten.
Dus er is geen tijd voor sippen. Gelukkig, hoewel het altijd moeilijk op gang komen is als ik teveel voel. Veel voelen is fijn. Maar soms niet. En soms is het op zo’n maandag ook zo dat ik ruzie heb in mijn eentje. Het kan zomaar zijn dat hij al lang weer over de ruzie heen is. Dat zie ik aan zijn gezicht als hij na zijn werkdag weer binnen stapt. En dan ben ik blij.
Alles is *****
[liefde]
Ik kijk nog eens goed om mij heen. Ik zie ons huisje vol met liefde. Ik geniet van de twinkeling in de oogjes van de jongste als ik een grapje maak tussen de sommen door. Of wanneer hij verlegen zijn handje opsteekt tijdens de online les, maar het wel doet – trots. Ik glim als de oudste op 1 centimeter voor me komt staan, zo rechtop mogelijk en met een grote grijns, omdat het nu echt niet veel meer scheelt of hij haalt me in qua lengte. Of wanneer hij ‘s ochtends de hond gedag zegt als hij beneden komt met veel kusjes erbij. Ik smelt bij het zien van mijn man die mijn zoon uitlaat; beiden met rode neusjes op de fiets.
Alles is liefde in mijn wereld. Behalve soms op maandag.
Dit blog schreef ik na ‘Affirmatie: alles is goed in mijn wereld’. Tja, de ene dag is de andere niet 😉