Mijn oudste zoon Daniel werd geboren in 2008, hij is nu 9 jaar. Een échte jongen. Veel energie, vanaf dag 1. Hoewel... het was dag 8. Na een bevalling van 22 uur met complicaties was hij er. Hij had een behoorlijke opdonder gehad en moest een week blijven. Ik hield er een middelgroot trauma aan over, en snikte de volgende ochtend tegen de zuster: "ik dacht dat ik meer kinderen wilde, maar dat wil ik echt niet meer".
Na de week ziekenhuis kwam ik thuis met de maxi-cosi en zette die in de huiskamer neer. Het zou nog even duren voordat de verlengde kraamzorg mij in één middag zou bijpraten over het hebben van een baby. Ik zei tegen mijn man: "wat zal ik nu met hem doen? Zal ik hem ergens neerleggen of zo?".
Een dag later begon het huilen, de term 'huilbaby' durfde ik nooit te gebruiken. Dat zijn andere baby's, niet die van mij (net zoals ik nu geen gescheiden moeder ben, dat zijn andere moeders). Maar heftig was het wel. Als papa aan het eind van dag thuis kwam stond ik soms al bij de deur om hem af te geven en sloot ik me daarna op in een andere kamer.
Na bijna 2 maanden ging ik hem inbakeren. Hij verzette zich nogal hevig (lees: gilde de hele boel bij elkaar, nog harder dan anders), gaf het op en sliep toen 4 uur achter elkaar. De leuke babytijd brak aan. Mijn onzekerheid en zijn onrust maakten langzaam plaats voor wat genieten. Ik genoot van hem, mijn kleine, vrolijke mannetje. Wel vind ik nog steeds dat het eerste jaar met een baby gewoon slopend is. Een roze wolk, of in dit geval een blauwe, die term zou eigenlijk verbannen moeten worden. Het is zelden waar.