Share This Article
Ik ben zo blij en opgelucht… dat de heftige periode met de kinderen voorbij is.
(Voor nu…)
De afgelopen maanden heb ik meerdere inzinkingen gehad omdat ik oververmoeid was. Altijd in het weekend, als ik alleen was met de kinderen. Het valt me af en toe zwaar om de zorg voor het grootste gedeelte alleen te doen. Tegelijkertijd zou ik niet anders willen.
Het ging mis
Aan het eind van de winter heb ik 3 weekenden gehad waarin het “mis” ging. Eén keer heb ik hun vader gebeld of hij ze op kon komen halen. Dat was voor het eerst in de 3 jaar na de scheiding dat ik zo direct hulp heb gevraagd. Het voelde als keihard falen. Wel vond ik hem de aangewezen persoon om te bellen. Voor de meeste rust vond ik zijn huis de fijnste plek, want daar zijn ze ook thuis. Dus ik heb mijn trots opzij moeten zetten.
De andere 2 weekenden was het op het randje. Dat betekent dat het voor de jongens nog oké was om bij me te zijn. Ik wilde ook graag dat ze bij me waren, maar ik heb het hele weekend op mijn tenen gelopen. Op scherp gestaan vanwege slaaptekort. Soms even stiekem gehuild in de badkamer van moeheid en overprikkeling.
Ik begon op te zien tegen de weekenden. Niet omdat ik ze niet bij me wilde hebben, maar omdat ik me angstig voelde dat het weer ging gebeuren. Ik realiseerde me ook goed dat het voor hen niet fijn was. Een moeder die kortaf is en geen energie heeft. Dat moeten ze gevoeld hebben. En dus begon ook het schuldgevoel pijnlijk mee te spelen.
Keerpunt
Het keerpunt kwam tijdens een weekendje weg met de hele familie. Ik was wel een beetje gespannen van tevoren. Ik had het zo naar gevonden als het tijdens dat weekend weer was gebeurd. Het ging anders!
Het hielp mee in een andere omgeving te zijn. Thuis had ik waarschijnlijk toch even dat werkding moeten doen wat me uiteindelijk de halve zaterdag kostte en dan nog 5 wasmanden weg moeten werken op zondag. Ook heb ik de lat laag gelegd voor dat weekend. Ik hoefde niet héél actief te zijn, maar alleen te genieten van het samen zijn. Verder hoefde ik niet te koken, ze niet te entertainen (want genoeg te doen) en ze mochten zelf het park over – zolang ze maar bij elkaar bleven.
Sinds maanden voelde ik weer wat rust in mijn lijf. Ik had heus geen zin in topsport hoor (heb ik nooit), maar ik had wel zin om dingen te doen. Ik had zin om te wandelen. Spelletjes doen was leuk. Ik had zowaar energie om op de zondag mee te gaan zwemmen. Ik heb genoten van de gezellige momentjes. Gelukzalig naar ze gekeken, want zij hebben keihard genoten van aankomst tot vertrek. En ik heb ze uitgebreid liefkozend naar bed gebracht iedere avond.
Ook de 2 weken erna zijn heel goed gegaan. Ik merk dat ik in een andere flow zit. Het is gezelliger thuis, ik heb meer contact met ze en ik geniet van kleine dingen. Ik ben niet ineens topfit en vind het op sommige dagen echt wel pittig allemaal. Nog steeds moe, maar niet oververmoeid. Weet ook zeker dat de tropenjaren nog niet voorbij zijn! Toch kan ik zeggen: zo is het fijn.
Vrijdag zijn ze naar hun vader gegaan. De hele week al zat ik er tegenaan te hikken. Ik wilde ze bij me houden. In hun nekjes snuffelen als ze in bed liggen. Ik voelde dat ik er tegenop zag om ze te missen.
Dan is het goed.